Wat is GNSS?

GNSS staat voor Global Navigation Satellite System welke verwijst naar de positionering op aarde gebruik makend van satellieten die vanuit de ruimte positionering- en timing gegevens leveren aan GNSS ontvangers. Voorbeelden van dergelijke GNSS systemen zijn Galileo van Europa, NAVSTAR (NAVigation Satellite Time And Ranging, beter bekend als GPS) van de Verenigde Staten, Glonass (Global'naya Navigatsionnaya Sputnikovaya Sistema) van Rusland en Compass/Beidou van China.

Het GNSS systeem bestaat uit een 3-tal segmenten:

  • Ruimte segment

  • Controle segment

  • Gebruikers segment

Het ruimte segment omvat de satellieten welke in vaste banen rond de aarde draaien waardoor er een wereldwijde dekking ontstaat.

Het controle segment bestaat uit: 1 master control station 5 monitor stations Diverse ground control stations Het master control station is het station dat de volledige controle heeft over het gehele satelliet systeem. De monitor stations zijn voorzien van zeer nauwkeurige cesium klokken voor het bepalen van klokfouten in de satellieten. De diverse ground control stations zijn de communicatie links naar de satellieten. Vanuit de ground control stations worden alle nieuw berekende gegevens gedaan door het master station en de ground stations verzonden.

Het gebruikers segment bestaat uit alle gebruikers op aarde welke een GNSS ontvanger gebruiken. Hierbij kun je denken aan militaire toepassingen, vervoer in de lucht, over water, weg en landmeters. De te behalen nauwkeurigheid hangt af van het type GNSS ontvanger.

Waar is de blauwe helm voor, linksboven in het hoofdmenu?

Onder de blauwe helm bevinden zich snelkoppelingen waarmee we snel naar een ander scherm kunnen springen. De inhoud van de blauwe helm is afhankelijk van het scherm waarin we ons bevinden en is niet altijd hetzelfde. Stel we bevinden ons in TOPO meetscherm via Meten>Topografie, en we willen snel even al onze punten bekijken, dan kiezen we onder de blauwe helm ‘Punten’ (of ALT+p) en we krijgen direct onze punten te zien.

Waar wordt de meting met alle waarnemingen, nauwkeurigheden en stokhoogte opgeslagen?

De meting wordt in het RW5 bestand opgeslagen. Dit bestand heeft dezelfde naam als de job, met de extensie RW5. De coördinaten in de job kunnen altijd opnieuw uit het RW5 bestand berekend worden.

Hoe kan ik de knikpunten van een polylijn in een tekening zichtbaar maken?

Ga naar de ‘Aardbol’ rechtsboven en in de Teken omgeving kies COGO>Maak Punten>Polylijn naar Punten. Klik vervolgens op een of meer lijnen en sluit af met de groene knop. Punten met nummering worden toegevoegd in de tekening.

Hoe kan ik de richting van een lijn in de tekening omdraaien?

Ga naar de ‘Aardbol’ rechtsboven en in de Teken omgeving kies Teken>Aanpassen>Omkeren Polylijn. Klik op de polylijn om deze om te keren. De richting wordt met pijlen aangegeven. De richting van een polylijn is belangrijk omdat daarmee het ‘nulpunt’ van de lijn wordt vastgelegd.